dinsdag 29 januari 2019

Nachtwende

Nachtwende

Met een diepgewortelde rilling
schudt de beuk spreeuwen los.
Ze zwermen uit.
Wat zal hen bevrijden
van wat ze nog niet kennen.

Taal zoeken en niet vinden.
De zwaartekracht trekt
in het holst van de stad
aan mijn centrum.
De bar werd gedomineerd
door een uitgelaten wiskundedispuut.
Lotgenoten in dit marktsegment,
nat cement. Die mensen praten niet
over mij, die praten om mij heen
als een beek om stenen
in de bedding en ik ben weg.

Zonlicht blijft talmen
en ik zoek uitwegen.
Niet de nacht
maar het sluiten van de ogen
brengt verlossing, verlichting.
Betekenis en zingeving
landen op mijn woorden,
rusten even,
zetten aan en vliegen door,
wijzen mij de weg,
omhoog en weg,
over de heuvels en weg,
over de bergen en weg,
uit de nacht en weg.

En de nacht keert.

maandag 28 januari 2019

Voorstelling

Voorstelling

Dag mevrouw,
nee, blijft u vooral zitten.
Mag ik u vragen,
ik doe het toch,
bent u relatiemateriaal?

Achter de horizon,
de muren in uw ogen,
wacht een leeg graf,
een ontvolkt kerkhof,
waarin alles al gezegd is.
Ik drapeer u om uw afgoden
in afstanden en draag u
dagelijks om mij heen.

Is uw echtgenoot al voorverwarmd,
is die omarming voorspeld?
Staat u al ingeschreven,
ben u al lid van onze community?
Mijn voorstel wordt iets,
een onvoorspelbaar voorspel
tot deze voorstelling.

Kijk, zeggen zij
die mij niet kennen,
hij is niet langer alleen.
Samen naderen wij
de afgrond van onze toekomst
en we kijken niet om.
Applaus doet ons oplichten
tot in de wolken
en we negeren
de gezamenlijke val.

vrijdag 25 januari 2019

Geef toe

Geef toe


Zij geeft toe,
ontwijkt,
dan weer niet,

weert af,
haalt hem binnen
en vult zijn avonden.

Hij ontdekt
en spiegelt,
telt kralen
en zegeningen,
rekent af
telt op,
geeft toe.

donderdag 17 januari 2019

Het vogelnest

Het vogelnest


Als het geen dakgoot
of waterafvoer verstopt,
laat ik een vogelnest
met rust.
Ik wacht tot het verlaten is
en ruim het dan op, zo nodig.

Buurman zegt
dat als je het meteen opruimt
die beesten leren
dat ze daar niet welkom zijn.
Dat ze daar dan wegblijven
volgend jaar.

Volgens mij
is dat hoe mensen
vluchteling worden.

woensdag 16 januari 2019

Engel van de straat

Engel van de straat

Engel van het ongeduld,
ontsnap aan mijn woorden
en sla de straathoek om,
je hoofddoek om,
net voorbij de groentewinkel.
Zie, het regent
zonder aankondiging
of doelstelling.

Engel van de antwoorden,
ontsnap nog voor
ik iets kan vragen,
nog voor ik bedacht dat
ik iets kón vragen.
Ze lijkt op iedereen,
beklijft niet op spiegels
en camera's.
Telkens
als ik even niet oplet
zoek ik weer.

De engel van het einde
omgord haar rugzak,
vouwt haar vleugels
en de naam die ik wil schreeuwen
komt niet verder dan de gedachte
in mij.

Engel van de straat,
geen officiële staatsengel
van alles in me,
en zij heeft mijn papieren
niet nodig.
Zij zoekt voldoende thermiek,
kringelt opwaarts en
negeert grenzen.

maandag 14 januari 2019

De verlegen bergen

De verlegen bergen


Ze staan in haar,
een verwarde horizon:
en telkens weer
beklimt de rivier
haar flanken,
haar nadien
beslibd achterlatend,
starend.

zondag 13 januari 2019

Bloedserieus

Bloedserieus


Zoals die oudere neef
mij aanraadde na mijn pleidooi
voor mijn felle passie:
"Graag terug wat werd uitgeleend,
ik meen het serieus,
want er staat vet goede poëzie
midden in deze Playboy!"

De blote mevrouw
op de middenuitvouw, wow,
deels in wit uniform
met nietjes door de tepels,
de kwelling, ik kan niet kiezen,
maagdelijk ongetraind,
en vind ze eh-alletwee mooi.

Een overdadig aanbod,
rechts voor de kijker links,
voor de gebruiker ondersteboven,
zijdelings liggend als een dagblad
voor de provinciaal in mij
die zich willoos afmat.

Ik spil blanke Pleegzuster Bloedwijn
over een lakenwit strafblad,
ongerijmde, pure dichtkunst
voor die dominante madam,
zeker uit Amsterdam
of dan toch de Randstad.

Het wordt de hoogste tijd.
Ik doe het mezelf aan,
en herschik klok en klepels
tot ik alle opgekropte passie
en heel de klerezooi
bloedserieus en welgemeend
over de canapé strooi.

woensdag 9 januari 2019

De ballon

De ballon


Ik zag het in zijn ogen
en wat ik ook probeerde,
mijn bestaan
bleef hem onwaarschijnlijk.

Als ik
langzaam was opgestegen
en tegen het plafond was blijven hangen
had hij zeker gezegd:
‘Zie je nou wel,
ik heb jullie gewaarschuwd!’

Andere onderwerpen
hadden we niet.

Goed, oké.
Je kunt nu eenmaal
niet met iedereen overweg.
Ik zeker niet,
zo vol lucht.

zondag 6 januari 2019

Brood en spelen


Brood en spelen


Ingesneeuwd.
Iemand moet het brood halen.
Bij voorkeur niet bang voor
herhaling, dat telt voordelen.

Een ooit vergeten samenvallen
van spelende en lachende kleuren
op kinderen, dwalende lichamen
zonder herkenning.

Vondelingen van ijs en sneeuw
smelten in onze monden,
achter een huid van hunkering
en smekende handen.

De wind speelt met mijn hoed.
Vanuit een te klein gebleken bed
drijft de wereld de huiskamer in,
buiten het blikveld van de buren.

donderdag 3 januari 2019

Brandstichting

Brandstichting


Licht zoekt takken vannacht.
Bladeren willen niet groeien,
rivieren niet stromen,
de donder wil zwijgen.
Probeer het te verstaan,
de taal te verbeteren.

Ik was tranenzout uit de ogen
en open het vuur.
Een brandstichting, dit ontwaken.
Bomen ongevraagd
omgezaagd langs de berm.

Hoe verdwijnen oude mensen?
Zoals zij werden geboren,
vol verwachting,
van transparant tot onzichtbaar.
Ontbossing telt af.
Lukt het niet, blus het niet,
laat het ontvlammen, schroeien.

Rest van de melk de honger,
van de armen de warmte,
van de taal losse woorden
in spreeuwenzwerm.