woensdag 20 november 2019

Finito

Finito


Ik nam al aan dat ik was vergaan,
gevloerd, afgevoerd en finito.
Wat kijkt u nog aan, een erfgenaam,
een tweederangs acteur achter glas
in een overjarige hitsige hitserie,
op deze pijnbank, dit niet te vermijden interview.
Elke ochtendmist, idem dito,
brengt de depressies terug, dan wordt de pijn stiller
en ik dichter, dat gedoe.
Drank maakt mij doorzichtig,
iedereen kijkt door me heen, hier op het ministerie.

De restanten van mijn familie dwongen mij hiertoe,
opgesloten Bokito van meer dan honderd kilo,
voormalige ladykiller boven krijtwitte klippen,
functioneel mysterie, verlopen mikpunt
van jagende jonge meiden, zielig gedreutel.
Wij omarmden onszelf stijf op kostschool,
dat waren tijden, groepsdwang een hobby,
met de bijbel nog te vers.
Wij werden tot valwild en bijvangst
en vreesden de wereld niet meer dan de zoveelste Cito.
Ik paste mij aan en verdiepte mezelf, oude scheet,
in de beerput van die materie.

Mijn cashflow was welkom bij heks en bimbo,
ik nam aan ouder dan zestien,
koploze kippen, almaar priller,
in de entourage van mijn vrienden de miljardairs,
en ik werd bevredigd als een mosquito
in een burrito in een bistro,
al ervoer ik dat niet zo. Met de kennis van nu
en de heibel in de pers
werd de wereld een iglo. Wie neemt mij nog serieus
in het schijnsel van de frigo
als ik 's nacht met pizza en mojito
verzuip in zweet en miserie.

Jonge prins, ik tel mijn rimpels
en zegeningen in de lobby.
De dames mijden mij als beriberi
en echt, ik doe er niet meer toe.
Ik overweeg wurgseks, voorzichtig,
ik noem maar iets geks, kom mee de trap op
voordat mijn hart stopt, nog éénmaal con brio
als sluitpost voor mijn bio.
Hier is de sleutel.

vrijdag 1 november 2019

Na de storm

Na de storm

Na de storm
werd het dagelijks stil,
dat wil zeggen:
de geluiden hernamen
hun waarde,
maar leger.

Takken werden opgeruimd,
het grondwater zakte,
niemand sprak onnodig.