dinsdag 31 januari 2017

Het antwoord


Het antwoord


De bril in de glasbak,
de fiets bij het oud ijzer,
aftershave is chemisch afval,
schoenen naar de inzameling,
per paar geveterd,
alle textiel, elk restant.

Steeds weer
is zij spontaan eenzaam.
Een uitgesteld afscheid,
als ze even niet oplet,
en binnen en buiten
het onkruid laat ontluiken.

Zij sluit rondom luiken
en vitrage. Zij sluit haar ogen,
besluit niet te luisteren,
koestert die weigering.
Zij kan hem ruiken
bij elke inademing.
Zijn ogen hervinden haar,
onder de lakens
waar zij die handen voelt,
de streling, toe-eigening.

De muren fluisteren
de vraag
die zij blijft ontduiken.

Uit: De nacht van de Muzen (Spleen, Amsterdam 2017)

donderdag 26 januari 2017

Gelukkig mens


Gelukkig mens


Kelder. Kampeerartikelen,
sportkleding, fitness.

Begane grond. Sieraden, juwelen,
horloges, damestassen, eetwaren.

Tweede etage. Kinder- en dameskleding,
reisaccessoires, lingerie.

Derde etage. Boeken, dvd's, schoenen,
herenkleding, bad- en zwemkleding.

Vierde etage. Restaurant,
elektronica, schoolmaterialen.

Een warenhuis vol dingen
die ik niet echt nodig heb.
Dat maakt mij een gelukkig mens.

dinsdag 24 januari 2017

Overnachting

Overnachting


De man van het motel
overhandigt je sleutels
en ik zie hem denken:
"Wat ‘n stuk."
Ik heb haast
en luister
naar de dalende lift.

Ik weet nog waar het was
dat het gedicht me riep,
niet waar ik sliep,
niet op straat
waar de kinderen,
de anderen,
speelden.

Je zwijgt naast me
als een lege kamer
en kijkt me niet aan.
Niet in de bomen,
niet in de rivier,
waar woorden wegdoken
voor mijn handen
en ik volgde.

Ook niet boven
terwijl ik je uitkleed.
Ik ga een beetje dood
zonder het te willen
als je zo dicht bij me bent
en zo ver weg.

Uit 'Voorgoed genezen', Heimdall 2016.

donderdag 19 januari 2017

Mooi

Mooi


Liever dat u me trakteert dan dat ik schooi.
Als het nat is, is het gras, als het droog is hooi.
Captain Iglo smaakt beter als ik het ontdooi.
Improviseer vrijuit en kom uit de plooi.
Weet ik veel, ik ben aan twijfel ten prooi.
Maak dit rijtje af: pooist, pooier, pooi.
Bijval en succes, wat moet ik met die fooi.
Had ik dat geweten verliet ik dit toernooi.
Al lijkt de wereld open, het blijft een kooi,
een uniform, kostuum, harnas, tooi.
Ik gooi het in de kliko deze zooi.
Wat werkt, is kunst. Zo niet, geklooi.
Wat de criticus niet stoort, heet mooi.

zondag 1 januari 2017

Zie je later, rollator

Zie je later, rollator


Wat de pater preekt
en zich later wreekt,
blijvend aangekweekt
in opgelegde onthouding en hardgedroogd ondergoed,
komt tot nabloei, weekt los van gêne,
hier in de zorgflat waar lome spanning op en oploopt
tot het water breekt.

Ik was een echte dwingeland.
In dit tehuis veel minder want
nog wel zo snel, maar niet meer zo lang,
met multifocusbril, smeulende binnenbrand.
Slepende beats, bestiale drive
op de resten van je lijf.
De stress van een steunkous, de piepende rollator,
mijn vingervlugheid weer helemaal terug, meid,
met rechter- en linkerhand.

Ik was en ben een marskramer
met kloppende slaghamer.
Hier komt de Volharding, ontspan je. Relax, mens.
De spijt kwam vroeger later
maar daarvoor is nu geen tijd van leven meer
in je korte geheugen, hoewel bedachtzamer.
Leun maar op je rollator,
en knijp in de handrem hier in de wachtkamer.