De vijand
Ze kwamen terug en beloofden
dat het voortaan vrede zou zijn.
Ze bedoelden te zeggen
dat hun vijand verslagen was.
Achter die horizon
luisterden wij naar zo
luid mogelijke muziek
om te kunnen zwijgen.
Dit was stapvoets stamelen,
het waarschijnlijke einde
van elke werkdag: een verhaal.
Met het volle gewicht
van onze ogen over de avond,
totaal niets wetend, terecht,
mengden wij ons in de festiviteiten
en letten wij messcherp op.
Tastend naar bewijzen
voor dit leven vonden we elkaar.
De vijand is in ons
en zal nooit verslagen zijn.