Onvoorspellende lucht
Zwarte haren met verstrooid blauw
en er was geen houvast
toen ik die koude nacht
verdwaalde in haar ogen.
Het verleden een koffer,
net zo leeg als ondraaglijk
en ik kwam die ochtend
niet uit mijn woorden.
Ik kwam niet
uit haar stad,
het laatste nieuws
was te lang geleden,
en zij ontrafelde
elke vezel, mijn heden
te nabij om van nut te zijn.
Hoe de branding
de rots kust,
haar mond mijn harnas,
en ik ontken niets.
Ik kwam niet
los.
Daarna bleef de hemel nog lang
onvoorspelbaar.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten