vrijdag 14 december 2018

De naderende oogst

De naderende oogst


Soms doorzoekt een schaduw haar licht,
maar dat negeert zij.
De middagbries mist richting
in de eikenbladeren op het gazon
naast haar thuisloze woning.
Tot haar middelpunt verdwaalt
in een doolhof van herinneringen
strijkt heel even maar, kort,
herkenning over haar ogen
en mist zij in het door de oogst

uitgedunde gezelschap
een eerder vertrokken gezicht,
die spiegelende blik, die mond die
haar naam kust. De naam die ze hem gaf
blijft buiten bereik,
maar de stem kabbelt in de zomerbeek
tussen oeverriet en jaagpad.
Zij vergat wie ze was, wie ze wilde worden,
tot niet onverwacht de aarde
zich afwendt van de zon,
uit het niets de nacht terugkeert
en alles weer duidelijk en eenvoudig wordt.
En donker.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten