De dagendief
U hebt geld,dus familie en vrienden.
Ik word ontdaan van relaties
en oog blijvend belast.
Regenwater werd bronwater,
en droger uit weemoed.
Ik steel dagen bijeen.
Ik slaap beter en dieper
meteen na het ontbijt,
het zwembad leeggepompt,
schoolplein verlaten, boek vermolmd.
Zij verzorgt wat er nog is,
haar naam bij elk weerzien anders.
Ik ruik zeep en parfum
en zweet, maar dat kan het mijne zijn.
Moeheid doortrok mijn leden.
De winterwind kan ik weren, die ken ik.
De koude in mij schimmelt en woekert.
U verkoopt me angst voor de dood
maar het is het leven hier
dat ik vrees.
Mijn stenen hart
houdt de brokken bijeen
tot ik word betrapt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten